Statement Rekenkamerrapport
Voorzitter,
Allereerst spreek ik namens de Politieke Unie onze dank uit aan de Rekenkamer voor het rapport ‘Passend organiseren en de rol van de gemeenteraad’. Gezien de roerige tijden een flinke klus stellen wij ons voor.
Dit Rekenkamerrapport toont aan dat Passend organiseren, of ‘contextgedreven werken’ de gewenste verandering in het gemeentelijk ambtelijk handelen heeft opgeleverd. Dit houdt in: niet langer redeneren vanuit interne regels, protocollen en procedures, maar stel de vraag van inwoners, bedrijven en organisaties centraal. Deze opstelling werd door de meeste gesprekspartners van de onderzoekers gewaardeerd, en heeft eraan bijgedragen dat de gemeente beter en sneller reageert op wensen uit de samenleving. In dit participatieproces spelen raad, college en ambtelijke dienst een rol. De Politieke Unie is van mening dat het rapport niet vernietigend is, omdat het niet over machtsverhoudingen gaat zoals in de media gesuggereerd wordt. De heer van Enst gaf tijdens de commissievergadering aan dat de conclusies binnen de context van passend organiseren moeten worden gezien.
Het participatieproces Passend Organiseren heeft zijn weerslag op de rolinvulling van de Raad. De conclusie is dat we deze rol niet goed invullen, en de Rekenkamer komt met 2 van de 4 aanbevelingen die de Raad hierbij moeten helpen. De heer Van Enst schetste tijdens de commissievergadering dat de ruimte die de Raad daardoor heeft gelaten door zijn rol niet te pakken, door een natuurlijke balans binnen het spectrum wordt opgevuld door andere deelnemers, hier het ambtelijk apparaat. Dat we als Raad niet goed in positie zijn is een feit welke we ons allemaal mogen aantrekken, en we moeten werken aan verbetering ondanks onze politieke verschillen. Maar ken ook uw positie jegens de ambtelijke dienst. Om met vuil te smijten naar de ambtelijke organisatie is in ogen van de Politieke Unie niet terecht. Zij hebben maximaal invulling gegeven aan de opdracht passend te organiseren, en verdienen een pluim gezien de meetbare resultaten. Dus hierbij gedaan.
In ons persbericht omtrent de presentatie van het rapport, heeft de Politieke Unie gesteld de onderbouwing te missen van de stellingen dat sterke ambtelijke sturing plaatsvindt, het college meestuurt en van een zwakke afwachtende Raad. De conclusies zelf hebben wij niet ter discussie gesteld, zoals gesuggereerd in de media en op social media. Het gaat de Politieke Unie om het kunnen duiden ervan. Tijdens de commissievergaderingen hebben we gevraagd naar een verdere onderbouwing in de vorm van de gespreksverslagen. Immers: meten is weten, en geeft een beter beeld dan een sentiment dat vanuit uit de gevoerde gesprekken heeft geleid tot deze conclusies. Gezien de lading van deze conclusies, en om interpretatieverschillen te kunnen uitsluiten, hadden we graag een meer solide onderbouwing gezien. Daarom dienen wij een amendement in, samen met de VVD, omtrent het onderschrijven van de conclusies in relatie tot de onderbouwing.
De Politieke Unie herkent zichzelf niet in de stellingen in het rapport, dat het college meestuurt, in enigszins monistische verhoudingen tussen raad en college en een afwachtende raad.
We stellen hierbij de vraag aan de portefeuillehouder of zijn bevindingen tot nu als waarnemer overeenkomen met dit beeld geschetst in het rapport. Graag uw antwoord daarop.
In lijn met aanbeveling 3 wordt de Raad tegenwoordig ambtelijk voldoende aan de voorkant meegenomen, en de Politieke Unie vindt dat wij daarom onze rol niet afwachtend kunnen noemen. Maar fracties moeten die kansen wel pakken. De besluiten welke worden vooraf gegaan door startnotities en met kader stellende nota’s stemt ons tevreden. De uitdaging bij participatieprocessen is voor de Raad om op je handen te kunnen blijven zitten, durven loslaten en geef ruimte aan inwoners, bedrijven en organisaties, en heb vertrouwen in het ambtelijk apparaat. Het meeste recente Rekenkamerrapport over energietransitie dat we binnenkort gaan bespreken, geeft ook aan dat we teveel op detailniveau willen sturen. Laten we ons beperken bij onze kaderstelling tot de vier W vragen zoals aangegeven door de Rekenkamer.
Dan de laatste aanbeveling. Voor het verbeteren van politiek-bestuurlijk-ambtelijke verhoudingen zijn we samen verantwoordelijk, daarin maakt iedere fractie zijn eigen keuzes. De Politieke Unie onderschrijft de aanbevelingen en ziet graag een verbetering in de positie van de Raad, maar nog belangrijker, in de Raad als collectief. Wij vegen zeker niet ons straatje schoon, en wanneer we in de strontput blijven roeren blijft het stinken. Dit rapport biedt een kans om als Raad de handen ineen te slaan, zodat inwoners, bedrijven en organisaties ook een verantwoordelijke Raad voor zich aan het werk hebben. Ook binnen dit participatieproces van Passend Organiseren.
De Politieke Unie wenst iedereen daarbij veel succes, wij zijn tenslotte aan zet!!